In 1990 werd in de kleine binnentuin van de Lokhorstkerk een opmerkelijke vondst gedaan. Het betrof een kookpotje te dateren uit de eerste helft van de zeventiende eeuw (foto gemaakt door Pier Terwen). Door zijn opmerkelijke decoratie trok het kennelijk voldoende aandacht en werd het bewaard. Het betreft een kookpotje op drie pootjes en met twee oortjes. Het is ooit wellicht weggegooid toen het bij gebruik beschadigd was geraakt, want het is goed te zien dat er ooit een scherf uit de zijkant is verdwenen en de breukvlakken vervuild en oud zijn. De ontbrekende scherf is niet teruggevonden.
Het bolle potje zelf is gemaakt van roodbakkende klei en draagt een decoratie van kruisvormige lijnen aangebracht in witte slib (waterige klei) met een soort puntjes over de decoratie. De decoratie is glanzend door het loodglazuur die door de pottenbakker over het hele potje is aangebracht. De lijnen tonen door het glazuur geel en met koperhoudend glazuur is ook nog een flink aantal groene stippen aangebracht. Eigenlijk best een rijke decoratie voor een kookpotje.
De onderkant van het potje is zwart geblakerd en dat wijst erop dat het in open vuur is gebruikt. Wellicht heeft het zelfs boven het vuur gehangen met behulp van een metalen vuurhaakje aan de twee oortjes. Zulke pannetjes werden gebruikt om diverse gerechten te koken of op te warmen en waren destijds in iedere keuken te vinden. Het is een groot geluk dat we het potje nog hebben want het verwijst naar het dagelijks leven ter plekke in de zeventiende eeuw.
Pier Terwen